De straatkrantenverkoper
De straatkrantenverkoper, een thuisloze waarvoor liefde niet meer bestaat.
De meeste van zijn kranten heeft hij in een plastic tas opgeborgen.
Vandaag is hopelijk weer een dag met minder zorgen.
Zijn arm houdt hij automatisch omhoog,
doorgaans uren in dezelfde boog.
Knikt hij de voorbijgangers toe,
al willen die snel weg naar huis, want ze zijn moe.
Hij niet. Hij staat en wacht.
Zijn leed soms wat verzacht,
als een enkele voorbijganger hem toch een euro geeft,
het minzame beetje waar hij van leeft.
Thuis is hem allang niet meer bekend,
geen eigen bed, bank of rooie cent.
Breekt hij zijn rug op zijn werk,
dan is hij eerst nog heel sterk.
Doet hij echt zijn best,
de schulden doen daarna voor hem de rest.
Uiteindelijk breekt er iets in hem,
verliest hij zijn waardigheid,
zijn vrouw, zijn leven en zijn stem.
Nu passeert hem dagelijks een rij,
neemt hij geen deel aan de reguliere maatschappij.
Staat hij bij een supermarkt, waar hij wacht,
tot zijn dag is volbracht.
Als de lichten binnen uitgaan,
blijft de neiging om huiswaarts te gaan.
Het is nooit gewoon of gewend,
dat er niemand op je wacht, of je meer echt kent.