Scherven
Rituelen kalmeren me. Ik waggel uit bed en trek een versleten bruine badjas aan. Ik trek eraan, het blijft te kort voor mijn flinke postuur.
Ik schiet grijze slofjes aan en verhelp de druk in mijn blaas. Tegen mijn benen is er geduw en geronk. Ik aai mijn zwarte kat. Op weg naar de keuken, pas ik op, niet te vallen. Ik prop een te klein, vaalbruin filter in de machine, met hels kabaal van malende bonen vis ik tonijn uit de kast en werp de massa op een bord. Mijn beloning is luidruchtig gemiauw. Ik ga zitten en wacht. Wachtend op het onvermijdelijke in dit huidige leven. Wel vaker tegenwoordig.
Ik hou van koffie met kardemonpitten. Ik draai mij om richting de koelkast. Een doffe klap. Ik doe het vaker. Donkerbruine vloeistof verspreidt zich naast de gebroken beker. De geur van ontbijt op de vloer. In mijn kop vloek ik. Seconden verstrijken. De kamer blijft stil. Ik doe niets en er komt niemand aangesneld.
Twaalf jaar geleden, zittend in een wit spijlenbed in een ziekenhuis, wachtte ik op een verlossend antwoord. Ik gooide koffie om, de arts kwam binnen en liet de koffie voor wat het was en trok de deur achter zich dicht. ‘Mevrouw, u heeft MS’.
Het bleef lang stil in de kamer. ‘Ach dokter, een rolstoel kan prima’. De zuster met haar blauwe jas bracht mij naar de uitgang. Ik glimlachte naar haar in de lift.
Ik buig me voorover en raap een scherf op. Een scherpe, gouden driehoek. Hoe verleidelijk ook.., ik kijk alleen. Dan veeg ik de rest van de scherven en de sporen van zwart bijeen. Ik doe het ermee denk ik, dit is wat ik ook ben. Kansen komen altijd.’
MS tast het centrale zenuwstelsel aan. De precieze oorzaak is nog onbekend.